2006 : Libie   060328

Dinsdag 28-03-2006
Woestijntocht
En ja hoor, we blijven de meute nog redelijk voor. Als ÚÚn van de eerste groepen waren we bij Waw al Namus. Een krater midden in de woestijn met daarin wat meren. In ieder geval op tijd om foto's te nemen zonder toeristen erop. Daarna de krater ingelopen en wat rondgewandeld. Dat liep niet helemaal volgens planning omdat we eerst over de kraterrand zouden moeten rondrijden voor de foto's, maar een paar mensen waren ietwat enthousiast en liepen al naar beneden, waardoor de rest al gauw volgde. Uiteindelijk kwam de grote baas van de toearegs met zijn privÚ auto de krater ingereden om door te geven wanneer we waar moesten zijn. Wel ietwat lastig om te begrijpen aangezien de beste man Frans sprak en we met z'n vieren geen al te grote talenknobbel hebben. Gelukkig begrepen we het toch al snel dat we om half twaalf weer bovenop de krater verwacht werden ergens aan de overkant. Ook waren we nog zo slim om aqua te vragen (wat overigens geen Frans woord is???). Tenslotte hadden we bij het uitstappen uit de wagen vergeten het nodige mee te pakken.

Het was nog een lastige klim de kraterwand op. Allemaal van die kleine lavasteentjes en dat op je slippers. Dat loopt niet echt prettig kan ik je melden. Ik had er niet echt rekening mee gehouden dat we nog redelijk wat zouden gaan lopen. Boven aan gekomen waren er toch al heel wat groepen toeristen. Het kostte dan ook nog wat moeite om de wagens te vinden. Daar nog wat extra water gedronken en wat gerust, alvorens we de lunch kregen.

Na de lunch nog een aardig stuk doorgereden. Op het laatst wisten de chauffeurs niet goed waar we nu precies heen moesten. Gelukkig waren er twee mensen met GPS-apparatuur, zodat we de juiste co÷rdinaat konden opzoeken. Die was dan ook tijdens de lunch doorgegeven. In de buurt van het co÷rdinaat kwamen we de andere twee Baobabgroepen tegen. Er volgde enige consternatie, overleg met de baas, overleg met de militairen en toen mochten we uiteindelijk nog een stukje doorrijden met de hele Baobab-groep, waarna de groepen op het laatste punt een paar honderd meter van elkaar af gingen staan. Voor de verandering waren we op de "kampeerplaats" halverwege de middag, waardoor we dit maal eens echt konden genieten van de ondergaande zon. Over de kale vlakte kon je her en der wat groepjes mensen zien. Ook was er een heus vliegveldje in de buurt met schijnwerpers en helikopters. Die bleven de hele nacht branden, zodat je goed kon zien waar je was.

 
Je kunt ook het gehele dagboek (zonder routes) in een keer lezen.